Voor u is het waarschijnlijk de normaalste zaak van de wereld om een paar keer per dag de sleutel in het cilinderslot van uw deur te steken en deze op slot of juist open te draaien. Het cilinderslot werkt alleen met behulp van de juiste sleutel, maar wat gaat er allemaal schuil binnen in een dergelijk slot?
De onderdelen
Een cilinderslot bestaat, naast een cilinder, uit twee ronde, in elkaar geschoven buisjes. De cilinder bevat een zestal staafjes, waardoor de twee ronden buisjes niet afzonderlijk van elkaar kunnen bewegen. Verder bevat een cilinderslot een veer die bevestigd is aan een nok. Aan de veer zit de schoot die ervoor zorgt dat de deur op slot gedraaid kan worden.
De sleutel
De staafjes in een cilinderslot bevatten breukvlakken die op dezelfde hoogte gebracht moeten worden om de blokken vrij van elkaar te kunnen bewegen. Hiervoor is de bijpassende sleutel ontworpen. De sleutel beschikt namelijk over aflopende schuine vlakken aan beide kanten, waardoor de breukvlakken van de staafjes op gelijke hoogte komen en de sleutel teruggetrokken kan worden.
Open deur
Wanneer de sleutel eenmaal in het slot gestoken wordt, kunnen de twee binnenste blokken afzonderlijk van elkaar bewegen. De cilinder draait namelijk met de sleutel mee. Door deze draaiende beweging worden de nok en de veer meegenomen. Op deze manier wordt het schot teruggetrokken, schiet het slot terug en is de deur simpelweg te openen door de klink naar beneden te bewegen. Bij het op slot draaien van een deur gaat alles in omgekeerde volgorde.
